Operationele prestaties
De operationele prestaties waren over heel 2023 gezien onder de maat. Door verstoringen, treinuitval, hogere materieelonttrekking en minder kans op een zitplaats kregen reizigers met name in de tweede helft van het jaar vaak niet de dienstverlening die ze van ons mogen verwachten.
De tegenvallende prestaties werden met name beïnvloed door drie verschillende oorzaken. Allereerst de Tijdelijke Snelheidsbeperkingen (TSB) op de HSL bij Rijpwetering (Zuid-Holland) vanwege constructiefouten in het viaduct. Vrijwel heel 2023 was de maximale snelheid op dit stuk 80 in plaats van 300 km/u. Dat had een grote impact op de dienstregeling van de HSL, die ook doorwerkte op het hoofdrailnet.
Een andere oorzaak van de mindere operationele prestaties is dat er minder treinen beschikbaar waren. Onderhoudsbedrijven kampten met beperkte infracapaciteit en krapte aan monteurs en rangeermachinisten, waardoor treinen minder snel weer het spoor op konden.
Vanaf het voorjaar waren er tekorten aan treinen op de HSL. Dit kwam met name door de vertraagde instroom van de nieuwe ICNG in combinatie met de geplande teruglevering van Traxx-locomotieven in verband met aflopende leasecontracten. Verder kende de ICNG – zoals verwacht bij een introductie van nieuw materieel – kinderziektes. Vanaf september verbeterde de beschikbaarheid van treinen maar kampten we nog regelmatig met stremmingen en verstoringen.
Ook vonden er afgelopen jaar veel werkzaamheden plaats met grote impact op de prestaties. Door de vele werkzaamheden, onder meer in Gouda, Rotterdam en bij Schiphol, was er fors minder infrastructuur beschikbaar. Daarnaast reden veel goederentreinen om via trajecten in Noord-Brabant vanwege werkzaamheden aan het spoor in Duitsland. Deze omleidingen veroorzaakten vertragingen, vooral voor de Intercity Den Haag Centraal-Eindhoven en de IC Brussel.
Andere impactvolle gebeurtenissen waren stremmingen als gevolg van dassenburchten en de IT-storing bij de verkeersleiding van ProRail in Amsterdam.