13. Vastgoedobjecten
(in miljoenen euro's) |
Totaal vastgoed |
Samenstelling 1 januari 2022 |
|
Aanschaffingsprijs |
263 |
Gecumuleerde afschrijvingen en waardeverminderingen |
-139 |
Boekwaarde per 1 januari 2022 |
124 |
Mutaties in 2022 |
|
Investeringen |
2 |
Afschrijvingen |
-7 |
Desinvesteringen |
-1 |
Bijzondere waardeverminderingen |
- |
Terugneming bijzondere waardeverminderingen |
- |
Overige mutaties |
1 |
Totaal mutaties boekjaar |
-5 |
Samenstelling 31 december 2022 |
|
Aanschaffingsprijs |
263 |
Gecumuleerde afschrijvingen en waardeverminderingen |
-144 |
Boekwaarde per 31 december 2022 |
119 |
Mutaties in 2023 |
|
Investeringen |
9 |
Afschrijvingen |
-7 |
Desinvesteringen |
- |
Bijzondere waardeverminderingen |
- |
Terugneming bijzondere waardeverminderingen |
- |
Overige mutaties |
1 |
Totaal mutaties boekjaar |
3 |
Samenstelling 31 december 2023 |
|
Aanschaffingsprijs |
273 |
Gecumuleerde afschrijvingen en waardeverminderingen |
-151 |
Boekwaarde per 31 december 2023 |
122 |
De vastgoedobjecten bestaan naast bedrijfspanden ten behoeve van derden uit andere vastgoedobjecten die aan derden zijn verhuurd of als strategisch vastgoed worden aangehouden. Daarnaast heeft de Groep vastgoed dat voor eigen gebruik is en is opgenomen onder materiële vaste activa. De huurovereenkomsten bevatten doorgaans een periode van enkele jaren, waarin opzegging niet mogelijk is. Deze vastgoedobjecten en materiële vaste activa (vastgoed voor eigen gebruik) zijn geen onderdeel van de Hoofdrailnet KGE (zoals beschreven in noot 15).
Gezien de aard, diversiteit en locaties (stationsomgevingen) wordt de reële waarde van de vastgoedportefeuille niet periodiek bepaald, tenzij sprake is van een indicatie tot een bijzondere waardevermindering. Op basis van managementinschattingen, in combinatie met verkregen taxaties in 2023, zijn er geen indicaties tot een bijzondere waardevermindering op deze portefeuille. Verdere analyses in het kader van bijzondere waardeverminderingen zijn derhalve niet uitgevoerd.
Als gevolg van lagere reizigersaantallen zijn over 2023 kortingen verleend voor een bedrag van € 3 miljoen (2022: € 9 miljoen). Deze kortingen worden geamortiseerd over de resterende looptijd van de huurcontracten.
De totale contractuele huursom tot het einde van de huurcontracten bedraagt ultimo 2023 circa € 413 miljoen (2022: € 299 miljoen). Er worden geen voorwaardelijke huurbedragen in rekening gebracht. De looptijd van de contractuele huursom is als volgt:
(in € miljoenen) |
< 1 jaar |
1-2 jaar |
2-3 jaar |
3-4 jaar |
4-5 jaar |
> 5 jaar |
Totaal |
Huuropbrengsten |
90 |
75 |
57 |
51 |
46 |
94 |
413 |
De directe verhuuropbrengsten bedragen € 32 miljoen (2022: € 27 miljoen). De directe verhuurkosten betreffen onderhoudskosten, onroerend zaak lasten en directe beheerkosten voor in totaal € 9 miljoen (2022: € 9 miljoen).
Waarderingsgrondslag
Vastgoedobjecten omvatten vastgoed dat wordt aangehouden om huuropbrengsten, een waardestijging, of beide te realiseren. Vastgoedobjecten worden gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen. De kostprijs van zelfvervaardigde activa omvat materiaalkosten, directe arbeidskosten, een redelijk deel van de indirecte productiekosten en financieringskosten. Voor zover relevant worden de geschatte kosten van de ontmantelings- en verwijderingskosten van het actief en de herstelkosten van de locatie waar de activa zich bevinden aan de kostprijs toegevoegd.
Voor vastgoedobjecten gelden de volgende grondslagen:
Componenten
Indien vastgoedobjecten bestaan uit onderdelen met een ongelijke gebruiksduur, dan worden deze componenten als afzonderlijke posten gespecificeerd onder de vastgoedobjecten.
In de boekwaarde van een vastgoedobject wordt de kostprijs opgenomen van de vernieuwing (van een deel) van dat actief wanneer die uitgaven worden gedaan en indien het waarschijnlijk is dat de vernieuwing leidt tot toekomstige economische voordelen. Alle andere kosten voor de instandhouding van de activa worden als last in de winst- en verliesrekening opgenomen wanneer zij worden gemaakt.
Afschrijvingen
Afschrijvingen op vastgoedobjecten geschieden lineair, onder aftrek van de restwaarde en op basis van de geschatte gebruiksduur van iedere afzonderlijk materieel vast actief. Afschrijvingen worden ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht.
De geschatte economische gebruiksduur luidt voor de vastgoedobjecten als volgt:
Type activa |
Afschrijvingstermijn |
Fundering en onderbouw |
100 jaar |
Skelet en kern |
50 jaar |
Gevels en buitenwanden |
33 jaar |
Dakbedekking |
15 jaar |
Binnen afwerking |
15 jaar |
Technische installaties |
15 jaar |
De aangegeven gebruiksduur is een gemiddelde van de daaronder begrepen activa en van de eventuele componenten waaruit de activa bestaan. De afschrijvingsmethode, de resterende gebruiksperiode en de restwaarde worden jaarlijks beoordeeld.